Dr. Niek Opdam: ‘More dentistry means more trouble’

PDA Praktijkdag
Datum
28 juli, 10:00 uur

Afgelopen maand organiseerden we de eerste PDA Praktijkdag, speciaal voor alle praktijken die bij onze alliantie aangesloten zijn. Een dag vol kennis, gezelligheid en feest, met volop ruimte om het PDA-gevoel te beleven. Was je er niet bij? Geen zorgen, we delen alle kennis ook online. In dit artikel doen we verslag van de bijeenkomst met dr. Niek Opdam, die inging op de nieuwe richtlijn voor behandeling van cariës.

Deze bijeenkomst was de eerste vaktechnische sessie van de Praktijkdag, voor alle 220 mondzorgprofessionals die aanwezig waren. Hierna ging de groep uiteen voor vijf deelsessies, speciaal samengesteld per vakgroep. Tandarts dr. Niek Opdam is als associate professor verbonden aan het Radboudumc en heeft veel expertise in restauraties met composiet. Zijn sessie over behandeling van cariës bij jeugdigen, mét kennisquiz vol foto’s van monden, zorgde voor veel interactie met de zaal.

Hersenkrakers voor ervaren tandartsen

Om zoveel mogelijk kennis te kunnen delen binnen ‘zijn’ tijdslot, ging Opdam direct de diepte in. Dat deed hij subtiel, met een kennisquiz. Al snel werd duidelijk dat dit een quiz was die steeds lastiger werd. Diverse casussen van zorgwekkend ogende gebitten van jonge kinderen met cariës verschenen in beeld, met daarbij uiteenlopende vragen over de situatie en de behandeling. Hoe verder de quiz vorderde, hoe meer de zaal doorkreeg dat de antwoorden wel eens anders konden zijn dan algemeen aangenomen.

Alledaagse tandheelkunde door de jaren heen

Deze quiz was een opmaat voor de inhoudelijke inleiding over tandheelkunde door de jaren heen. Alledaagse tandheelkunde, zoals Opdam de behandeling van cariës aanduidt. Vroeger was volgens hem het uitgangspunt: als de laesie in het dentine zit, wordt er gerestaureerd en daarbij moet de preparatie brandschoon zijn. Nu staan we er anders in, met meer focus op preventie. Want ‘more dentistry means more trouble’, moeten we vaak constateren. We zien cariës inmiddels niet meer als een infectieziekte maar als een lifestyleziekte. Dus als de behandelaar een niet-actieve laesie laat zitten omdat er geen actieve cariës meer in de mond aanwezig is, is dat géén slechte tandheelkunde. Dat is in een notendop de nieuwe richtlijn van het Kennisinstituut Mondzorg die Opdam besprak.

Helder onderscheid tussen actieve en passieve cariës

Carieus weefsel hoeft niet altijd compleet verwijderd te worden. Je kunt cariës niet uit de mond boren. In plaats daarvan is goede preventie nodig, volgens Opdam. Bij actieve cariës moet dus eerst aandacht besteed worden aan voeding (suikerfrequentie), fluoridegebruik en plaqueverwijdering. Alleen een cariëslaesie die gecaviteerd is (het oppervlak is kapot) wordt behandeld met een restauratie.

Als er cariëslaesies zijn maar er geen actieve cariës in de mond is, zijn de laesies niets anders dan littekenweefsel en hoeft er niet ingegrepen te worden met een vulling. Tenzij er een esthetisch probleem is voor de patiënt.

Zoals de richtlijn van het Ivoren Kruis ook zegt: ontsporing van de biofilm voorkomen door het eetpatroon aan te pakken, te poetsen met fluoride en te behandelen met extra fluoride. Uit onderzoek blijkt immers dat voeding de nummer één oorzaak van cariës is en dus het beste om eerst aan te pakken. Fluoride staat op twee als beste behandeling. Een praktische toevoeging: kinderen adviseren om te flossen heeft geen zin. Geef liever een goede poetsinstructie en praat over de voeding.

Preventiemethodes: twee tips

Voor melktanden en -kiezen is er een nieuwe preventiemethode met zilverdiamide-fluoride die op een actieve cariëslaesie kan worden aangebracht. Laesies worden daardoor zwart, maar het stopt de activiteit onmiddellijk. Deze methode kan bijvoorbeeld bij niet-restauratieve caviteitsbehandeling (NRC) gebruikt worden. Dan wordt een cariëslaesies in het melkgebit beslepen in plaats van een restauratie aan te brengen. Een zeer effectieve methode om cariëslaesie in het melkgebit te behandelen, is het cementeren van een hardstalen kroontje over het melkelement heen. Daarbij wordt niet geboord en de ontstane occlusie herstelt zichzelf in een aantal weken. 

En hoe zit het met een occlusale fissuren sealen? Iedere fissuur sealen bij kinderen is niet doelmatig, dat leidt tot forse overbehandeling. Alleen bij een hoog cariësrisico, bij kinderen met veel actieve cariës, kan het zinnig zijn molaren te sealen. Een andere toepassing voor een sealant is een fissuur waar al een cariëslaesie in zit te verzegelen, om die tot stilstand te brengen.

Om over na te praten

Deze sessie gaf inzichten over de beslissingen die we als mondzorgprofessionals iedere dag nemen en leidde ook tot wat rumoer onder de aanwezige tandartsen. De inzichten wijken immers af van wat tot nu toe gangbaar is. Wat Opdam vooral wilde meegeven is dat we af moeten van het idee: ‘Er zit iets, het moet weg’. In plaats daarvan zouden de uitgangspunten van goede mondzorg moeten zijn: niet-actieve laesies hoeven niet gerestaureerd te worden, preventie is de enige manier om actieve cariës te stoppen én bij het prepareren laat je centraal carieus weefsel zitten zodat je niet exponeert.

Tot slot: geef kinderen een positieve boodschap

Bij dit alles is het belangrijk om keuzes goed te documenteren in het patiëntdossier, om misverstanden te voorkomen bij een volgende behandeling. Een andere tip die Opdam de zaal nog meegeeft, is dat het belangrijk is om kinderen met een positieve boodschap naar huis te sturen, als dat mogelijk is. Zolang de tanden er goed bij staan, is wat hem betreft de basale preventie zoals omschreven in het Ivoren Kruis-advies voldoende en hoef je hen alleen maar te complimenteren. Grote kans dat je er een brede glimlach voor terugkrijgt.

We maken graag kennis

Nieuwsgierig?

Samen werken aan jouw carrière? Dan leren we je graag beter kennen. Laat hieronder je gegevens achter en je hoort spoedig van ons.

  • This field is for validation purposes and should be left unchanged.